Sint-Willibrorduskerk

kerk Olmen

Als men Olmen binnenrijdt, komende vanuit Balen of Meerhout, valt onmiddellijk de grote kerktoren op. Met een hoogte van 41,78 meter is deze toren inderdaad indrukwekkend voor een klein dorp zoals Olmen. Ter vergelijking: de kerktoren van Balen meet 31,9 m, die van Meerhout 44,2 m en die van Mol 48,3 m.

De kerk van Olmen was oorspronkelijk een eigenkerk, d.w.z. een kerk die eigendom was van de heer van Olmen. De kerk werd gebouwd op grond van de heer. Ook de gronden tussen de kerk en de Asbeek behoorden tot aan de Franse Tijd toe aan de heer van Olmen. Achter de kerk (nu De Lei) lag een herenhoeve met vest. Deze was eigendom van de heer, maar werd bewoond door een pachter. Tot begin van de jaren '80 bestond deze vest nog in zijn oorspronkelijke toestand. Daarna moest ze plaats ruimen voor bouwgronden.

Dat de kerk oorspronkelijk een eigenkerk was, laat veronderstellen dat ze gebouwd werd in de middeleeuwen. Vermits de kerk van Olmen van oudsher was toegewijd aan Sint-Willibrordus, kadert haar ontstaan vermoedelijk in de vroegmiddeleeuwse kersteningsperiode (7de-8ste eeuw). De eerste kerk was ruim één kilometer verder naar het zuiden gelegen, meer bepaald op de plaats van de huidige Boskapel (zie Lichtenboslaan). De meeste historici situeren de verschuiving van de dorpskern met kerk in noordelijke richting in de 11de-12de eeuw.

 

Een nieuwe kerk werd gebouwd in de 14de eeuw of de 15de eeuw. Verdere historische bronnen ontbreken. Het altaar werd in ieder geval opnieuw gewijd in 1499. De provinciale architect situeerde in 1882 de kerk in de 14de eeuw en de toren in de 15de eeuw. De kerktoren vond hij architecturaal belangrijk, maar de 14de- eeuwse kerk niet ... Hij schreef in zijn verslag : "De toren in baksteen gebouwd, is werkelijk een opmerkelijk werk uit de 15de eeuw. Behoudens enkele kleine herstellingen is hij in perfecte toestand. De kerk gebouwd in de 14de eeuw is bouwkundig volstrekt onbelangrijk. Zij is veel te klein om het aantal gelovigen te bevatten en zij is totaal verouderd." De toren mocht blijven, de kerk zelf werd grotendeels afgebroken. Van de oude kerk bleven enkel de toren, de doopkapel, het koor en de muren van de vroegere sacristie behouden.

De vroegere kerk was zo breed als de huidige middenbeuk. Aan de noordzijde was er een smalle zijbeuk ter breedte van de doopkapel. Langs de zuidzijde was er een aanbouw die vroeger mogelijk een ingang was, maar in het midden van de vorige eeuw niet meer als dusdanig gebruikt werd. Het werd aangeduid als “depot” terwijl de ruimte onder de toren als ingang bestempeld werd.

 

De huidige kerktoren dateert van het einde van de 15de eeuw. Het is een typisch Kempische bakstenen toren in gotische stijl. Hij vertoont veel overeenkomsten met de kerktoren van Peer en vooral die van Lommel.

 

Opmerkelijk zijn de vele (rune)-tekens die in de toren aangebracht zijn : maalkruisen, ruitkruisen, een odalteken, een zandloper en een ingewikkelder metselaarsteken. Omdat de tekens niet symmetrisch over de toren verspreid zijn, moeten ze een andere betekenis gehad hebben dan een louter decoratieve. .

Het schip van de kerk werd herbouwd in 1898 in neogotische stijl. Tot de jaren 1960 werd de kerk omringd door een kerkhof, dat later werd overgebracht naar de Kerkhofstraat.

De kerk werd van veel grote rampen gespaard. In de periode van de Belgische Omwenteling was er wel een blikseminslag en ontstond er brand, maar enkele militairen die de wacht hielden, konden de brand tijdig blussen.

Contactgegevens: Kerkplein, 2491 Balen-Olmen

Te bezichtigen: voor en na de erediensten en onder leiding van een gids.

Voor wie

iedereen

Naar top